Het debat over ‘lintjesgate’ verliep al heetgebakerd, maar kreeg pas echt vuur toen Frans Timmermans zich richtte tot minister Marjolein Faber. Zijn uitspraak dat zij “de grootste prutser is die ooit in vak-K heeft gezeten” sloeg in als een bom. Het is niet bepaald de taal die je dagelijks in de Tweede Kamer hoort, maar het tekent de frustratie over Fabers optreden tot nu toe. Sinds haar aantreden als minister van Asiel en Migratie is ze regelmatig in opspraak geraakt door gebrekkige dossierkennis, onhandige uitspraken en onduidelijke communicatie.
Critici verwijten haar dat ze de functie onderschat en vooral ideologisch opereert zonder oog voor nuance of beleidstechnische realiteit. Voorstanders vinden dat ze eindelijk “gewone taal” spreekt en het politieke spel op een verfrissende manier doorbreekt. Maar los van politieke kleur: de ophef over haar functioneren wordt steeds luider. Dat roept de vraag op